Pelgrimspad, etappe 15
Steensel - Broekhoven - Loon - Groote Heide - Heeze (24 km)
Vrijdag, 16 januari 2015
Storm en regen vormden het decor voor de gebeurtenissen in de eerste twee weken van 2015. Vandaag belooft het een droge dag te worden met zelfs enige kans op zon.
Rond 10 uur stap ik uit m'n auto. Het geluid van spelende kinderen op het Basisschoolplein vult het kleine dorp. Verder is er geen mens te zien in het forensendorp Steensel; de bewoners zullen wel aan het werk zijn in het nabijgelegen Eindhoven.
De etappe van vandaag start op de Zandweg die vanuit het dorp naar de bosrand voert. Direct bij de eerste stappen merk ik hoe ik dit gemist heb in de afgelopen twee maanden. Door diverse oorzaken ben ik niet aan het Pelgrimspad toegekomen. Achtereenvolgens roodborst, grote bonte specht en buizerd laten me in toenemende geluidssterkte horen dat geen van die redenen steekhoudend waren. Oké, ik beloof beterschap. |
Het sombere naaldbos wordt opgevrolijkt met groepjes verdwaalde eiken. In die eiken laten boomklever en boomkruiper (geen familie) zich veelvuldig horen. Boomkruipers communiceren met een bescheiden, scherp klinkend melodietje dat telkens herhaald wordt. Een boomklever klinkt vaak enigszins hysterisch, alsof hij snel hakkelend aan z'n vrouwtje verslag wil doen van 'wat hij nou weer heeft meegemaakt'.
|
Het laatste stuk bos voordat ik in weids boerenland terecht kom, is veel natter, eiken en wilgen staan hier regelmatig met hun voeten in het water. Ik nader dan ook een beekdal. De Run is een wat saai ogende beek die de groene weilanden doorsnijdt. Het groene gras kan een overtrekkende formatie grauwe ganzen kennelijk niet verleiden om neer te strijken. Ik passeer het dorpje Broekhoven. De naam verwijst naar het natte land: boerenhoeven (hoven) in laaggelegen land dat regelmatig onder water stond (broek). B&B 'De Lindenhoeve' ben ik nog niet gepasseerd of B&B 'Aan het bospad' dient zich al aan. Je ziet ze overal, bed & breakfasts zijn helemaal hip. |
Ook in een saai naaldbos (Einderheide) valt wel wat te beleven. Een groep kleine vogeltjes heeft elkaars gezelschap gevonden en trekt foeragerend van boom tot boom terwijl ze via hoge roepjes contact met elkaar onderhouden: assertieve pimpelmezen, jolige staartmezen, een prachtig getekende kuifmees die zich van dichtbij laat bewonderen, fladderende goudhaantjes die zó rap zijn dat ze voor mij moeilijk te fotograferen zijn (zie hieronder...). Bij elkaar zeker twintig compacte acrobaatjes bungelen als kleurige kerstballen aan de uiteinden van de twijgen. Maar zo plotseling als ik er middenin stond, zo abrupt zijn ze ook weer verder gezworven, een drukkende stilte achterlatend. Drie paardrijders halen me in en zetten hun rijdier aan van stap naar galop. Nu en dan wint het gesluierde zonnetje kracht en kleurt het landschap in.
|
Roeken krassen over grote afstanden naar elkaar vanuit de boomtoppen in de Broekhovensche Velden. Hier sla ik een onverharde eikenlaan in. Even later blijk ik me in de bomenrij vergist te hebben: ik heb de tweede genomen nadat ik de eerste ongemerkt voorbij was gelopen. Na 200 meter sta ik aan de rand van een modderige akker vol plassen. Twee naburige varkens lijken zich in dit biotoop prima thuis te voelen; ik wat minder. Na 150 meter glijden en glibberen sta ik weer op een gebaande weg. |
Modder en plassen, meermalen zoek ik me vandaag een weg over de droogste stukjes. Overigens kan een grote plas op het lange gras langs een kale bomenrij een prachtig 'Escher-achtig' plaatje opleveren, zie de laatste foto onderaan dit verslag.
Door het Dommeldal bereik ik Loon, een buurtschap in een landelijke omgeving. Kempische langgevelboerderijen staan langs de randen van een grote, driehoekige brink en vormen samen een beschermd dorpsgezicht. Deuren, kozijnen en luiken hebben traditioneel allemaal dezelfde kleuren gekregen: donkergroen, oker en wit. Het ligt er nu, op een vrijdag in januari, wat verlaten bij. Een zwarte kat aan de ene, en een gele kanarie aan de andere zijde van een raam zijn de enige twee levende wezens die ik tegenkom in het dorpje.
Na een lunch op een boomstronk aan het Meertjesven middenin het bos, steek ik recht door naar het oosten (het pelgrimspad maakt een flinke zuidwaartse omweg via de buitenwijken van Valkenswaard). Ik steek de drukke N69 over en neem een mooie smalle weg over de hei, de bordjes 'verboden toegang' voor het gemak negerend. |
Via de beek Tongelreep (vanuit België stroomt dit natuurlijke riviertje uiteindelijk bij Eindhoven in de Dommel) en het gehucht Achtereind (enkele boerderijen te midden van modderige hectaren grond) bereik ik het Meeuwven en even later de 'Hut van Mie Pils'.
Deze tot de verbeelding sprekende naam vraagt om opheldering. Bovendien wordt het tijd om de inwendige mens te verzorgen, dus stap ik naar binnen.
Op een menukaart lees ik dat dit bruine café (qua interieur klopt dat) in 1889 is opgericht door Maria Peels, aan de toenmalige postkoetsroute. Toen had je nog echte landlopers en ander gespuis dat de streek onveilig maakte en dus was een plekje om paarden te verversen en een goed glas bier te drinken zeer welkom. Inmiddels is dit al 125 jaar een welkome pleisterplaats. Ik drink een kop koffie onder de klanken van hits uit de jaren '60 (Lola, Yellow River, San Francisco). De zon is volop doorgebroken, de wandeling is aangenaam. Het is kwart voor drie, nog zeven kilometer te gaan naar NS-station Heeze. Na 'How can you hang on to a dream' schakelt de muziek over op jaren '80-disco, tijd om weer verder te gaan. |
Buiten valt m'n oog op een bordje tegen een eik dat waarschuwt voor gevaar. Van welke aard dat gevaar is, kan niet meer worden gelezen doordat het bord langzaam maar zeker wordt verzwolgen door de eik. Ouwe ijzervreter.
Het volgende stuk over de 'Groote Heide' is weliswaar drassig, maar landschappelijk mooi; zoals vaker stap ik dit laatste deel van de etappe stevig door. |
Vlak voor Heeze wordt ik in de boomtoppen ingehaald door een gemengde groep koperwieken en kramsvogels. Met die schichtige blik over de schouder zien ze er altijd wat 'betrapt' uit. 'Wat hebben die zojuist uitgespookt?', denk je dan.
In Heeze neem ik de trein van kwart over vier naar Eindhoven. En waarom Heeze 'de parel van Brabant' wordt genoemd? Geen idee. Dat moet ik de volgende keer dan maar onderzoeken. |
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
WANDELPAD-HAIKU'S
WANDELPAD-HAIKU'S
wandelpad-haiku
drieregelig vogel-vers een observatie |
Boomklever
boomklever als nar: hij amuseert ons met zijn bosavonturen (Steensel) |
Goudhaan
spelend in sparren vriendelijk, tam, beweeglijk een kleuterklasje (Broekhoven) |
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
© Teksten en foto's: 'Landloper' Jacob
|